Pagina's

vrijdag 22 april 2022

Bankieren in tijden van klimaatpolitiek: een voorproefje van wat ons te wachten staat

Bankieren in tijden van klimaatpolitiek: een voorproefje van wat ons te wachten staat
thefireonline.com

“I believe that banking institutions are more dangerous to our liberties than standing armies.”

― Thomas Jefferson

“It is well enough that people of the nation do not understand our banking and monetary system, for if they did, I believe there would be a revolution before tomorrow morning.”

― Henry Ford

Op 22 september 2019, de dag voor het begin van de UN Climate Action Summit, beter bekend als het toneel voor de ‘How Dare You’ speech van Greta Thunberg, kwamen maar liefst 130 banken bij elkaar in New York om de zogenaamde ‘VN agenda 2030’ met betrekking tot het klimaat te bespreken.

Samen zijn deze banken goed voor 47 triljoen dollar aan bezittingen. Dertig van hen namen daarbij het initiatief om zes principes van ‘duurzaam bankieren’ op te stellen. Dit financiële deel van de UN Climate Action Summit werd destijds in de media volledig ondergesneeuwd door de emoties die de dagen erna – dankzij Thunberg – overheersten. Ik schreef dit artikel in oktober 2019 naar aanleiding van deze summit, in de verwachting dat banken op korte termijn de ‘CO2 uitstoot’ van hun klanten zouden gaan koppelen aan betaaltransacties.

Misschien kwam het door de coronacrisis, misschien was er een andere reden, maar het duurde dus nog ruim twee jaar voordat de eerste zichtbare stappen in Nederland werden gezet.

De Rabobank staat hierin alles behalve alleen. Het is daarom interessant om eens nader te kijken naar wat de grote financiële instellingen wereldwijd van plan zijn om hun ‘klimaatsteentje bij te dragen’, via ons uiteraard. En wat dat voor gevolgen heeft voor bedrijven en particulieren.

U mag gratis verder lezen. Dat blijft ook zo. Deze website is wel afhankelijk van uw donaties. Steun ook vrije journalistiek in deze tijd van het Nieuwe Normaal. Wat normaal is bepalen wij samen. Dat begint op plekken als deze. Dank voor uw bijdrage onder het artikel.

De daadwerkelijke toepassing van alle ambities op klimaatterrein is natuurlijk niet in 2019 in New York voor het eerst besproken maar het uitrollen van die ambities is wel van recente datum en kent verschillende (politieke) spelers. Niet alleen binnen de VN maar ook vanuit de Europese Unie en de Europese Centrale Bank (ECB) is er de afgelopen jaren beleid ontwikkeld voor banken om tot een duurzaam of, zoals dat in bankenland heet, sustainable financieringsbeleid te komen. Dit beleid is op internet redelijk makkelijk terug te vinden. Zo spreekt ABN Amro al sinds 2018 over ‘financiële richtlijnen voor een circulaire economie’ en is daar sinds de VN-summit bijgekomen dat ze ‘ver voor 2050 geen oliebedrijven meer zullen financieren’.

In mei 2018 sloot de Europese Centrale Bank (ECB) zich aan bij het ‘Network for Greening the Financial System’ (NGFS). Dit netwerk is erop gericht om het financiële systeem van banken in hun financieringen aan marktpartijen de verplichting op te leggen om met environmental en social risk aspecten rekening te houden, oftewel: deze risico’s en het vermijden daarvan te verwerken in hun financieringsdocumentatie.

Zo zijn bij grote financieringen (waarbij banken van over de hele wereld samenwerken en leningen verstrekken) aan mondiale bedrijven in diverse sectoren, bijvoorbeeld technologie, energie en telecom, in de financieringsdocumentatie zogenaamde ‘environmental paragrafen’ opgenomen. Daarin staan de verplichtingen waaraan de te financieren partij moet voldoen. Dit onderdeel van de overeenkomst is niet vrijblijvend, maar wordt met de ondertekening een verplichting om aan die klimaatmaatregelen (let wel: opgesteld door niet-democratisch gekozen organen en instellingen, zoals de VN dus) te voldoen.

Anders dan de directe toepassing van dergelijke ‘klimaat-paragraven’ in financieringsdocumentatie volgen banken deze lijn van klimaatverplichtingen ook via het zogenaamde ‘CDD (Customer Due Diligence) onderzoek’ dat banken moeten uitvoeren.

Dat onderzoek is normaliter gericht op het voorkomen van witwassen en terrorismefinanciering en kent een hoge prioriteit. Banken moeten hier ook rekenschap over afleggen. Op zichzelf een goede zaak. Het Openbaar Ministerie heeft bijvoorbeeld in 2019 bekend gemaakt dat zij ABN Amro gaat vervolgen voor mogelijke overtreding van de regels ter bestrijding van witwassen. De bank accepteerde daarop in 2021 een transactieaanbod van 480 miljoen euro. Maar waar CDD-onderzoek voornamelijk ziet op onderzoek naar de ondernemingsrechtelijke structuren en de personen en belanghebbenden die zich in en achter deze structuren bewegen (om daarmee te onderzoeken of deze zich schuldig maken aan witwaspraktijken of terrorismefinanciering) is daarnaast een tweede pijler voor onderzoek ontstaan, het zogenaamde ESR onderzoek: Environmental and Social RiskSocial Risk richt zich op onderzoek naar schending van mensenrechten. Voor nu richt ik me hier alleen op het Environmental gedeelte.

Binnen het (klassieke) CDD onderzoek zijn er drie categorieën ondernemingen. Bepaalde ondernemingen vallen binnen het zogenaamde ‘simplified’ CDD onderzoek: dit is de laagste categorie van ‘waakzaamheid’. Hieronder vallen bijvoorbeeld overheden. De ‘enhanced’ CDD categorie geldt voor ondernemingen die in de meest risicovolle groep vallen. Hiertoe behoren bepaalde ondernemingen in specifieke sectoren, zoals die voor edele metalen en de luxe-goederen industrie, of bedrijven die zaken doen met bepaalde Afrikaanse of Aziatische landen. De derde en grootste categorie zijn de ‘gewone’ bedrijven die niet in die andere twee categorieën vallen.

Als je binnen de simplified CDD-groep valt is er beperkt onderzoek en een laag risico voor de bank. Bij enhanced is het risico groot op overtreding van de regels met betrekking tot witwassen en terrorismefinanciering. Dit betekent dat de bank – als je dus in de hoogste categorie valt – kan besluiten om die onderneming niet te financieren of (bij bestaande klanten) afscheid van die onderneming te nemen (het zogenaamde ‘off boarding’). Die klanten mogen dan dus geen geld meer lenen van die bank en kunnen alleen terecht bij banken die bereid zijn dat risico wel te nemen. Maar met de huidige, strengere internationale wetgeving zullen er steeds minder (of geen) banken meer zijn die financiering willen geven en die bedrijven zullen dus logischerwijs op zoek gaan naar alternatieve geldbronnen. Mogelijk zelfs in het zwarte geld circuit.

Binnen de zojuist genoemde tweede pijler van het CDD-onderzoek, het ESR-onderzoek, geldt die risico-indeling ook. In de hoogste ‘enhanced’ categorie vallen de olie- en gasbedrijven, net als de tabaksindustrie en andere milieubelastende ondernemingen. En ook van dergelijk onderzoek op dit gebied zijn overheden en particulieren tot dusver uitgesloten. Overheden hoeven zich dus geen zorgen te maken dat zij zich niet houden aan de klimaatdoelstellingen om nog een financiering of account van banken te kunnen krijgen. Particulieren evenmin. Maar blijft dat zo?

In de Nederlandse situatie is de totstandkoming van het klimaatakkoord niet bepaald democratisch verlopen. De kiezer heeft er nooit ‘akkoord’ voor gegeven, maar de ondertekenaars die aan de ‘klimaattafels’ mochten plaatsnemen (netbeheerders, energiebedrijven, banken en verzekeraars) dicteren wel aan welke eisen wij allemaal moeten voldoen om het klimaat te redden – van het gas af, warmtepomp, isoleren. Door enkele banken is al aangegeven dat particulieren voor hun woning tegen gunstige tarieven 25.000 euro kunnen lenen om hun woning gereed te maken voor de eenzijdig opgelegde doctrine van het klimaatakkoord.

De particuliere woningbezitter betaalt als hij die lening aangaat dus rente en aflossing over de financiering voor zijn woning op grond van een klimaatakkoord dat zo via de banken onze huiskamer – en portemonnee – is binnengeslopen. Dit geldt voor bestaande woningbezitters. Maar hoe zit het nu – of straks – met nieuwkomers op de woningmarkt? De kans is groot dat banken bij het financieringsvoorstel voor een woningstarter die een hypothecaire lening van de bank wil, van het te verlenen bedrag eist dat een gedeelte van 25.000 euro wordt gebruikt voor aanpassing van de woning aan de regels uit het klimaatakkoord. Als aan die eis van de geldverstrekker niet wordt voldaan, krijg je de financiering niet. Dus of je nou wilt of niet, je betaalt mee aan de uitvoering van het klimaatakkoord, als je tenminste die woning graag wilt. Dit zal vermoedelijk standaard beleid worden bij alle banken in Nederland en andere landen waar dergelijke klimaatakkoorden worden opgelegd.

Terug naar de mondiale financieringen van grote ondernemingen zoals bijvoorbeeld in de telecommunicatiesector. Nu hebben alleen die ondernemingen de verplichting zich aan de klimaatparagrafen van het financieringscontract te houden. Die maatregelen kosten geld. En die kosten betalen die ondernemingen niet zelf, maar belasten zij door aan jou en mij via de verkoop van hun producten. Denk aan de abonnementen voor onze mobiele telefoons en andere apparaten en diensten.

Waar particuliere klanten nu nog niet binnen het genoemde ‘Environmental and Social Risk’ onderzoek vallen en niet zullen worden geconfronteerd met de vraag van een bank of zij wel te financieren zijn, zal de grens van dat onderzoek steeds verder opschuiven. Uiteindelijk zullen ook particulieren langs de ESR lat worden gelegd en zal de bank besluiten op grond van geldend beleid particulieren niet langer te financieren. Zoals gezegd, dat zouden zij bijvoorbeeld kunnen doen als jouw woning niet aan de klimaateisen voldoet en jij weigert daarvoor een financiering te aanvaarden. De bank kan dan besluiten om bijvoorbeeld ook andere diensten niet aan te bieden en geen financiering voor andere zaken te bieden. Of je gaat meer betalen voor andere diensten of mag nog maar een uur per dag internetbankieren – op een onmogelijk tijdstip. Creditcardbedrijf Mastercard werkt al met een ‘Carbon Calculator’. “As consumer passion for the environment grows“, zeggen zij, kunnen betalingen worden geblokkeerd op aankopen van producten en diensten die ‘teveel’ CO2 uitstoot opleveren.

Ook met kleine duwtjes in de rug (banken noemen dit “het sturen van gedrag”) of pesterijtjes zullen banken de vrije keuze om wel of geen financiering aan te gaan of bepaalde aankopen te doen steeds moeilijker maken.

Zoals ik net al aangaf zullen banken ons ook indirect via aanbieders van diensten en producten aan particulieren – mobieltjes bijvoorbeeld – in onze portemonnee raken. Telecomproviders zullen de kosten die ze maken om aan de klimaateisen te voldoen (en verzekerd te blijven van een financiering van een bank) doorbereken aan de klant. Zo kunnen de banken indirect contractueel eisen dat jij als koper van een mobiele telefoon ook aan de klimaateisen voldoet. En ben je het daarmee niet eens, of zijn de kosten te hoog, dan is dat jammer. Dan betekent dat in de praktijk geen mobiele telefoon, want alle providers zullen dezelfde verplichtingen zijn aangegaan.

Maar blijft het daarbij?

Gaan banken – gedwongen door de ECB, EU en/of de VN – niet ook dergelijke maatregelen opleggen aan mondiale supermarktbedrijven? Ook die zijn immers afhankelijk van externe financiering. En ook zij zullen uiteindelijk gedwongen worden om de klimaateisen te voldoen, lees: de kosten aan hun consumenten door te berekenen. Een mogelijk en reëel scenario zou kunnen zijn dat je alleen nog bij Albert Heijn inkopen mag doen als je eerst aantoont dat je duurzaam consumeert. Anders krijg je geen klantenpas en kun je niet bij Albert Heijn betalen. En wat als de Lidl en Jumbo volgen? Waar doe je dan nog boodschappen?

Banken en experts spreken nu van “vrijwilligheid”, zoals bij de Rabobank app die je kunt downloaden om de CO2 uitstoot van de aankopen te kunnen bijhouden, maar welk redelijk doel dient dit? Welk belang heeft een bank bij ‘goed gedrag’ alleen? Het voorgaande laat zien dat het beheersen van Environmental Risks onderdeel van hun taak is geworden, en dat ook particulieren langs de klimaat meetlat worden gelegd, niet alleen indirect.

Een “vrijwillige” app is een Trojaans paard dat bedrijven en particulieren klaarstoomt voor een moderne vorm van slavernij. Een systeem waarin toegang tot eerste levensbehoeftes, wonen, voedsel, bewegingsvrijheid, afhankelijk wordt gemaakt van je “goede gedrag”. En wat dat laatste inhoudt zou dan door banken en overheden worden bepaald. Zonder dat wij er ooit zelf iets over hebben kunnen zeggen of erover hebben kunnen stemmen.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten