Trigger warning: in dit artikel gaat het over ritueel misbruik en zelfdoding
Voor me zit een jonge vrouw met een zachte uitstraling. Uiterlijk is er niets te zien van de stelselmatige martelingen die ze als kind onderging. Of misschien zijn het de braces die enkele van haar ledematen ondersteunen. In dit verhaal kan ik geen details noemen over Emma. Niets mag naar haar leiden, want de cult – zoals ze de groep satanisten noemt – zal haar proberen te zoeken om haar te intimideren.
Ze is nu drie jaar onvindbaar voor hen en relatief veilig. Dat moet zo blijven. We hebben niet bij haar thuis afgesproken, maar bij vrienden. Mailen gaat via die vrienden en via beveiligde mailomgevingen, want ook digitaal wordt er naar haar gespeurd.
Zwaar mishandeld
Emma groeide op met veel geweld. “Met name mijn vader voedde ons met harde hand op. We werden zwaar mishandeld. Andere kinderen in ons gezin zijn tegen de grond gegooid en hebben kronen in hun mond omdat mijn vader ze de tanden uit de mond sloeg. Zelf ben ik van jongs af aan misbruikt. Een ouder kind zei tegen mij dat het mijn vader weleens mijn kamer zag binnengaan. Zelf dacht het dat het was om mij te slaan, dat was blijkbaar heel normaal.” Fijne herinneringen aan haar gezin heeft Emma niet. “Alleen de kat was lief.”
“Mijn moeder was een vrouw die je verwacht bij een narcistische man. Iemand die heel gehoorzaam was, hem de hand boven het hoofd hield. Ze had een groot manipulerend vermogen en hielp hem de wereld naar zijn hand te zetten, ze was zijn spreekbuis..”
Bij de cult waar Emma mee naartoe wordt genomen, gaat alles om mind control. Kinderen mogen zich niet hechten, aan niks. Zo wordt een voortdurende verwarring gecreëerd en is er geen enkele veiligheid. “We hoorden voortdurend: ‘Wat je ziet is niet echt, wat je hoort dat gebeurt niet’. Een voorbeeld van hoe kinderen overal aan leren twijfelen: Op school leerden wij dat het gras groen is. In de cult en thuis zeiden ze: ‘doe normaal, gras is blauw.’ En als je dat dan eindelijk aanneemt dan zeggen ze: ‘We hebben nooit gezegd dat gras blauw is, het is geel.’ Je kon niet op je eigen waarneming vertrouwen.”
DIS: ’tijd kwijt’
De leden van de cult hebben het liefst kinderen die zo vroeg mogelijk in hun jeugd zijn mishandeld en misbruikt. Die kinderen hebben het vermogen te dissociëren. Als jonge kinderen dingen meemaken die te overweldigend zijn en waartegen je ouders je niet beschermen of er zelfs de oorzaak van zijn, dan ‘vluchten’ kinderen in hun geest. Dit heet dissociatie. Het is noodzakelijk om te overleven in een volstrekt onveilige, onbetrouwbare wereld. Er kunnen kleine persoonlijkheidjes ontstaan die ‘delen’ of ‘alters’ worden genoemd. De cultleden creëren deze ook en geven ze opdrachten mee: jij bewaart de angst, jij weet wat er gebeurde, jij zorgt ervoor dat bepaalde mensen op afstand blijven, jij gaat gewoon naar school. Ieder deel heeft een taak. Een deel dat een herinnering aan een bepaald trauma bewaart, weet niets van het gewone dagelijkse leven en omgekeerd. Mensen met deze Dissociatieve Identiteits Stoornis (DIS) vertellen vaak zelf dat ze ‘tijd kwijt zijn’. Ze hebben voortdurend geheugenproblemen.
‘Ik had altijd gaten in mijn geheugen’
Emma: “Je split volledig. Ik had een gescheiden dag- en nachtleven. Overdag wist ik niet wat ’s nachts gebeurde en andersom. Daarom kon ik aan tafel na misbruik ‘gewoon’ een broodje eten met mijn vader. Ik blokte de relatie tussen vader en dader. Ik had altijd gaten in mijn geheugen. Dan wilde ik mijn huiswerk maken en zag ik dat ik het al had gemaakt. En ik wist zeker dat ik dat niet had gedaan. Er waren delen die het schoolwerk deden en daarom deed ik het best goed op school.”
Kneiterdepressief
Hulpverleners op Emma’s school beginnen steeds meer vragen te stellen. “Ik was kneiterdepressief en was fysiek in slechte conditie. Mensen vroegen zich af: wat is er met dat kind?” De cult wordt angstig dat er iets in openbaarheid komt en dus wordt ze er van de ene dag op de andere uitgezet. “Ik had een leven buiten het netwerk dus doodmaken konden ze me niet. Ze stuurden me weg met de woorden: ‘Zelfs voor ons ben je te slecht’. Toch keert Emma nog enkele keren naar huis. “Het is wel je netwerk, hoe slecht ook. Erbuiten heb je niets. Zo komt uit wat ze altijd zeggen: Je zult altijd alleen ons overhouden.”
Dus God is echt
Op haar zestiende wil Emma dood. Ze had een onverklaarbare gedachte: ‘voordat ik de weg op loop, kan ik wel in de Bijbel lezen.’ “Ik wist dat dit heel raar was. Ik moest goed zoeken voordat ik een Bijbel vond in huis. Ik sloeg hem open bij Spreuken 3:6: Ken Hem in al je wegen, dan zal Hij je paden rechtmaken. Dit kwam binnen als een blikseminslag. Ik was zo op zoek naar waarheid. Ik kon alleen maar huilen, dat deed ik nooit. Toen hoorde ik een nieuwe e-mail binnenkomen. Een gelovige kennis stuurde me precies deze tekst. Dat was een tweede inslag. ‘Dus God is echt’.
Ik verzon een smoes om de evangelische kerk vlakbij huis te kunnen bezoeken. Een man liep het podium op. Hij voelde sterk dat hij een bijbeltekst moest delen. Spreuken 3:6! Het was alsof God zei: je hebt veel leugens gezien, maar Ik ken de waarheid.”
Psychiatrie
“Voordat mensen denken: halleluja, wat een mooi getuigenis, nu is het klaar: zo ging het niet. Sommige christenen zeiden dat God de situatie wel gewild zou hebben, dat het een doel had. Ik moest van alles proclameren. Dat voelde sektarisch. Ik belandde in de psychiatrie. Daar dacht ik dat het een inbeelding is dat God bestaat en ik besloot atheïst te worden. Maar God liet mij niet los. Ik wilde wel dat Hij dat deed, maar Hij deed het niet. Heel lang heb ik een haat-liefdeverhouding met Hem gehad. Ik heb ook echt met Hem geworsteld. Dat hij Vader is, vond ik geen goed idee. Met Jezus als goede herder kon ik wel wat, maar niet als Heer. Ik had heersers gehad. De gemeente als Gods bruid? Ik was satans bruid geweest.”
Emma heeft in de psychiatrie vooral last van haar persoonlijkheidsdelen. “Delen van mij wilden mij van kant maken. Ze namen me om vier uur ’s nachts mee naar de spoorlijn en dan moest de begeleiding weer achter me aan. Of ik ging naar het bos, omdat geprogrammeerde delen dachten dat ze naar rituelen, die in bossen plaatsvinden, moesten gaan. Het was een drama, ik was niet in staat om voor mezelf te zorgen.”
In de GGZ is weinig ervaring met het behandelen van overlevers van satanisch ritueel misbruik. Emma heeft bevrijding nodig. “Tijdens rituelen heb ik bloed-eden moeten zweren; die moest ik allemaal herroepen. Ik ging naar Vrij Zijn met Wilkin van der Kamp. Ik zag demonen en had veel strijd om er te komen.
Op de eerste dag van de conferentie gaf een vrouw me een knuffel. Ik dacht: what the heck. Tot mijn verbazing voelde ik iets, dat was al heel lang niet het geval geweest. Ik bad: God, als ik haar nodig heb, geef dan dat ze naast me staat. En ze stond er. We raakten in gesprek en ze haalde er een vriendin bij die meer ervaring had met bevrijding. Voor de conferentie was mijn problematiek te groot. Ze vroegen of ze thuis langs mochten komen. Ik zei ‘best’, want ik dacht dat ze toch niet zouden komen. Maar ze kwamen en met hen ben ik het proces van bevrijding ingegaan.”
Bij mijn pleegmoeder leerde ik onvoorwaardelijke liefde kennen
Uiteindelijk heeft een van de vrouwen me mee naar huis genomen. Het was de bedoeling dat ik een paar dagen zou blijven, maar het liep erop uit dat ik veel langer bleef en ze mijn pleegmoeder werd. Bij haar leerde ik onvoorwaardelijke liefde kennen. Eens gooide ik per ongeluk een fles olijfolie kapot terwijl ze niet thuis was. Ik was zó bang, want vroeger kreeg ik voor alles straf. Ik dacht: nu word ik weggestuurd. Ik ruimde het op en kroop weg in een hoekje tot ze thuiskwam. Ze zei toen ik het voorval opbiechtte alleen: ‘Ja, en?’ Ik vond het zo bizar dat ze niet boos werd, dat ik geen straf kreeg. Bij haar ben ik tot rust gekomen en helemaal bevrijd.”
Vergeven
Emma is gegroeid in haar geloof. “Als ik terugkijk was ik constant bang dat God boos op me was. Ik was obsessief in het belijden van alles wat ik verkeerd had gedaan. Ik kende alleen straf. Wist ik veel wat liefde en genade is. Ik moest echt opnieuw geboren worden.” Ze is lid van een kleine huiskerk.
Met vergeving heeft ze geworsteld. “Ik dacht: ja, daag, dan komen ze er makkelijk mee weg. Maar ik leerde van mensen die ook erge dingen hebben meegemaakt en ontdekte dat vergeven een keuze van het verstand is, in gehoorzaamheid aan God. Als ik niet vergeef dan is het alsof ik zelf vergif inneem. Iemand zei: stel dat God jouw vader vergeeft. Het kan dat de daders op hun knieën gaan en dat ik ze tegenkom in de hemel. Daar kan ik mee leven als ze echt berouw hebben. God vergeeft mij ook. Er is in mij een stuk geheeld en ik kan van harte vergeven. Dat is de grootste klap die ik satan kan geven. De daders zijn ook misleid. Ik hoop dat er een moment komt dat ze tot inkeer komen en ervoor uitkomen wat ze mij en anderen hebben aangedaan.”
Sporen
Het misbruik heeft diepe sporen nagelaten in het lijf van Emma. “Ik heb fibromyalgie, ME, hypermobiliteit, behoorlijk PTSS. Ook loop ik slecht en gebruik ik krukken of een rolstoel. Mijn lijf functioneert niet meer. Ik had graag een baan willen hebben, maar ben afgekeurd.”
Het is fijn dat ik een stem kan zijn voor slachtoffers
Met een groepje lotgenoten heeft ze veel contact. Ze begrijpen elkaar zonder woorden. Alle overlevers in het groepje zijn christen geworden. Emma is blij met de uitgave van het boek Jij bent van ons, wat gezegd moet worden met daarin haar verhaal, dat van andere overlevers en van hulpverleners. “Een stuk isolement wordt ermee doorbroken, het geeft erkenning. Het is fijn dat ik een stem kan zijn voor slachtoffers. Daarnaast is het ook spannend. Het boek kan in verkeerde handen komen en dan komt de intimidatie weer op gang.” Ze hoopt ook dat kerkleiders het boek lezen en dat het slachtoffers gehoord worden. “Weet dat het ook in kerken speelt en doe alles om het bespreekbaar te maken. Kijk niet weg.”
Fragment uit Emma’s verhaal in het boek:
‘Vandaag gaat het gebeuren. De belangrijkste dag van je leven. Kom, hier is je jurk. Aantrekken, nu!’ Een prachtig wit jurkje, nog nooit gedragen. Ik en 6. Dat is heel bijzonder. 6 is het getal van onze meester, Satan. Ik ben klaargestoomd voor deze dag. Het waren rare, pijnlijke dingen. En eng. (…) Het deed pijn, altijd. Dan kon ik niet meer goed zitten. Eng was ook als ik het konijn pijn moest doen. Eng waren al die grote mannen en vrouwen die ik niet kende. Ja, vader wel en opa en oma, en oom. Sommigen waren er vaak, anderen een enkele keer. Hoge omes, noemde opa hen. Nu die dag. Moeder noemde het inisjasie of zoiets. Ik snapte dat het een moeilijk woord voor inwijding is. Ik zou ingewijd worden. Voor het grotere werk. Heel spannend, maar vooral eng. Doodeng. Uit: Jij bent van ons, wat gezegd moet worden (ingekort).
Voor dit artikel heeft de auteur verschillende bronnen geraadpleegd en ook gesproken met de voorganger van Emma’s huiskerk. Vanwege haar veiligheid noemen we zijn naam niet.
Verder lezen
Emma’s verhaal staat, samen met dat van meerdere overlevers in het boek Jij bent van ons, wat gezegd moet worden door Herry Vos. Hij was kinder- en jeugdpsychiater en psychotherapeut en is momenteel bestuurslid van het Kenniscentrum Transgenerationeel Georganiseerd Geweld. ISBN 9789082990362
EO-artikel over ritueel misbruik https://www.eo.nl/artikel/ritueel-misbruik-ook-in-christelijke-kring
Het VPRO-programma Argos deed onderzoek naar misbruik. Hier vind je antwoord op verschillende vragen: https://www.vpro.nl/argos/lees/nieuws/2020/q-en-a-ritueel-misbruik.html
En hier alle uitzendingen en artikelen die VPRO publiceerde waaronder verhalen van overlevers: https://www.vpro.nl/argos/zoeken.html?q=ritueel+misbruik
Yvonne van Riemsdijk is spreker, adviseur en ervaringsdeskundige op het gebied van ritueel misbruik. Op haar pagina vind je meer informatie: https://justyvonne.nl/wat-is-ritueel-misbruik.html
Ook op deze site veel informatie van een GZ-psycholoog: www.lichtopsrm.com
Denk je aan zelfmoord of maak je je zorgen om iemand? Praten over zelfdoding helpt en kan anoniem via www.113.nl of telefonisch op 113 of 0800-113.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten